Planning MIRT- Verkenning A15 Papendrecht - Gorinchem aangepast

We doen extra onderzoek naar de effecten van het project MIRT-Verkenning A15 Papendrecht - Gorinchem op het knooppunt Gorinchem. Het kost tijd om dit zorgvuldig te doen. Daarom is nu de verwachting dat het voorkeursalternatief van het project in 2024 ter inzage zal worden gelegd. Het voorkeursalternatief is de oplossing die de voorkeur heeft als we doelmatigheid (verbeteren we de verkeersdoorstroming en verkeersveiligheid genoeg?), kosten en effecten op milieu en omgeving afwegen. Op langere termijn heeft de stikstofproblematiek mogelijk ook gevolgen voor de planning van het project.

De projectorganisatie werkt er op dit moment hard aan om alle informatie te verzamelen op basis waarvan we kunnen komen tot een voorkeursalternatief. Rond knooppunt Gorinchem is er nog extra onderzoek nodig. Voorlopige onderzoeksresultaten maakten duidelijk dat de mogelijke aanpassingen aan de A15 grote invloed hebben op het knooppunt. Bestaande knelpunten in de spits worden groter en er komen nieuwe knelpunten bij.

Wat dit precies betekent en wat er kan worden gedaan om negatieve effecten tegen te gaan, onderzoeken we op dit moment. Hierbij kijken we naar aanvullende maatregelen aan de A15, aan het knooppunt, maar ook aan andere wegen in de omgeving. Het project betrekt partijen uit de omgeving van het project nauw bij dit aanvullende onderzoek. Zodra de resultaten van het onderzoek bekend zijn, nemen we die mee bij het bepalen van het Voorkeursalternatief. De informatie uit dit aanvullende onderzoek wordt opgenomen in de planMER en Ontwerpstructuurvisie die naar verwachting in 2024 ter inzage zullen worden gelegd.

Gevolgen stikstofproblematiek

De verdere planning van het project is vooral afhankelijk van de uitkomsten van de discussies die nu lopen over de stikstofproblematiek. Deze discussies raken in eerste instantie vooral projecten die zich al in de Planuitwerkingsfase bevinden. In de Planuitwerkingsfase werkt een project het voorkeursalternatief nader uit dat uit de Verkenningsfase is gekomen. De minister heeft een lijst met projecten vastgesteld die zich al in de Planuitwerkingsfase bevinden. De projecten op deze lijst krijgen voorrang bij het maken van nieuwe stikstofberekeningen. Andere projecten die zich in de Planuitwerkingsfase bevinden, staan ‘on hold’ tot voor hen ook nieuwe stikstofberekeningen kunnen worden gemaakt. Reden voor deze werkwijze is het beperkte aantal deskundigen dat de stikstofberekeningen kan maken.

Concreet betekent dit voor het A15-project dat we de MIRT-Verkenning gewoon zullen afronden. Vanwege de vertraging die overal optreedt door de nieuwe stikstofberekeningen, is nog niet duidelijk of ons project hierna meteen kan starten met de Planuitwerkingsfase. Hier zal aan het eind van de Verkenningsfase meer duidelijkheid over komen.